Illustratie 'Spinnenwebraggende oervrouw' versie 2024

Niemand anders is hier

Niemand anders is hier,

wanneer ik samen met

mijn gezicht op een com-

puterscherm, te frontaal,

afwacht.

 

Kiezen tussen “meld je

aan” en “presenteer”

is onmogelijk, want

er is niemand die op

mij wacht.

 

Het gezicht kijkt naar mij

en probeert lachend te

begrijpen dat mensen,

die er niet zijn, niet

wachten.

 

Afwezige mensen

zijn immers vertrokken,

wachten niet op iemand

die het uitnodigen

verwacht.

(uit de serie: “Bewijs Menselijkheid” 2022)

 

No one else is here

No one else is here

when I face a computer screen.

Choosing between signing up and presenting

is impossible, because no one waits for me.

The face looks at me, laughingly, and tries to understand that people who are not there do not wait.

After all, absent people have left and don’t wait for someone who expects to be invited.

(from “Prove Humanity” 2022)

Illustration: acryl on canvas

 

Eerste fragment van een foliant gevonden te Serouyeh

Blauwe, nerf loze bladeren regenen in een door de maanverlichte nacht op ontloken rozen, alsof de tuinman vergeten is de gordijnen van de hof van Serouyeh te sluiten, toen hij spoorslags vertrok omdat de dood een afspraak met hem wilde maken.

Alsof de klanken van Schuberts “Nachtgesang” duizenden jaren eerder dan ze geschreven werden, als blauwe bladeren nerf loos neerdaalden in de door de tuinman verlaten hof van Serouyeh, waar rozen blijven bloeien lang nadat Isfahan gesticht werd.

Uit de bundel Fragmenten van een stenen foliant gevonden in Serouyeh, een bibliotheek zo groot als een Pyramide ongeveer op de plaats waar nu Isfahan ligt (2021)

Illustratie: acryl op doek, 24×30 cm.

 

Tweede fragment van een foliant gevonden te Serouyeh

Met zes jaar zei mijn vader: "Nu kun je lezen. Ik geef je dit kleitablet en ga het ontcijferen. Als je met veertig nog niet weet wat er staat, raadpleeg mijn boekenkast, want die is van jou. Ben je zestig en het is nog niet gelukt, leef dan je leven met terugwerkende kracht, maar zonder mijn boeken."

Nu kan ik het nog niet lezen: tussendoor kwam het leven met af en toe een aardbeving waaromheen ik de breuklijnen probeerde te lijmen; te veel scherven bleven over, maar ik leef inmiddels achterstevoren.

Spijkerschrift met rietpen in klei gekerfd: welke klei? Niet de Zeeuwse in oud gips, gelakt en gedroogd. Uit de omgeving van Uruk, de heilige stad Sipar, Nippur de godenstad van Sumer, de Esgatela-tempel in Babylon of de bibliotheek van Niniveh. Onmogelijk uit Serouyeh, maar met interbibliothecair leenverkeer in het verleden daar beland, nooit gelezen, althans niet door mij.

"Zij die tekens inkerft" onder patronage van goden Nisaba en Nabu. Zo uniek waren de vrouwelijke schrijvers in Akkadië, schrijvend voor goden en prinsessen, maar zij kerfden toch niet in dit tablet. Noch de Mesopotamische man Utnapistin die verhaalde van Noahs Zondvloed.

Geliefde denkt "lijsten met graanopbrengsten." Historisch zeer juist. Ik transcribeerde verder met de Hammurabi-stèle begeleid door rituele buigingen voor het diorieten beeld van koning Gudea van Lagasj, tevergeefs.

Uit de bundel Fragmenten van een stenen foliant gevonden in Serouyeh, een bibliotheek zo groot als een Pyramide ongeveer op de plaats waar nu Isfahan ligt (2021)

Illustratie pen op papier 20x29 2022